Wijziging proeftijd- en concurrentiebeding per 1 januari 2015

Proeftijd artikel 7:652 BW:
Om werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd meer zekerheid te bieden, wordt een proeftijd bij een overeenkomst voor de duur van 6 maanden verboden.

Als werkgever dient u goed af te wegen of u een arbeidsovereenkomst van ten hoogste 6 maanden zonder proeftijd of langer dan 6 maanden met een proeftijd afsluit.

Op grond van jurisprudentie is het niet toegestaan om in de opvolgende arbeidsovereenkomsten voor dezelfde werkzaamheden, waarvoor dezelfde vaardigheden of verantwoordelijkheden vereist zijn, een proeftijdbeding in de arbeidsovereenkomst op te nemen.

Concurrentiebeding 7:653 BW:
Hoofdregel:
Voor een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wordt een concurrentiebeding verboden.

Uitzondering:
Een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is toegestaan als gemotiveerd wordt aangegeven welke zwaarwichtige bedrijfs- of dienstbelangen dit vereisen. In het beding zelf moet worden aangegeven om welke bedrijfs- of dienstbelangen het gaat.

Zonder een motivering is het concurrentiebeding nietig. Indien de werknemer van mening is dat het concurrentiebeding niet noodzakelijk is, kan dit worden voorgelegd aan de rechter. Met andere woorden; het belang van de werkgever dient groter te zijn dan het belang van de werknemer bij handhaving van het concurrentiebeding. De rechter kan het concurrentiebeding vervolgens vernietigen, als hij meent dat de motivering voor het hanteren van een concurrentiebeding onvoldoende is onderbouwd.

Heeft u vragen over het proeftijdbeding en/of concurrentiebeding kunt u contact opnemen met Advocatenkantoor Bloem.

Bronnen:

Wetsvoorstel: http://tweedekamer.nl/kamerstukken/detail.jsp?id=2013D48188
Memorie van Toelichting: http://tweedekamer.nl/kamerstukken/detail.jsp?id=2013D48189

Uitzendkracht en ziekte

Hoge Raad: uitzendovereenkomst eindigt niet zonder meer bij ziekte van de uitzendkracht

Lees verder