Recent zijn een tweetal regelingen gepubliceerd in het kader van de Wet Werk en Zekerheid, de Wet die ons arbeidsrecht ingrijpend zal veranderen. De regelingen betreffen verschillende nieuwe vergoedingen die de werkgever verschuldigd kan zijn aan de werknemer op grond van de WWZ; de transitievergoeding en de vergoeding van overtreding van de aanzegplicht. Kort houden de vergoedingen in:
Meer informatie over deze vergoedingen kunt u vinden op onze website: hetnieuweontslag.nl (transitievergoeding en vergoeding aanzegtermijn).
De beide vergoedingen zijn gebaseerd op het loon dat de werknemer gedurende zijn dienstverband heeft ontvangen. Het begrip loon wordt echter niet verder toegelicht in de WWZ. Door middel van de nieuwe regelingen, Besluit loonbegrip vergoeding aanzegtermijn en transitievergoeding en Regeling looncomponenten en arbeidsduur, maakt de Minister van SZW duidelijk wat onder loon dient te worden begrepen in het kader van die vergoedingen.
Overtreding aanzegtermijn
Het maandloon bij overtreding van de aanzegtermijn kunt u als volgt berekenen:
Bij de berekening van het maandloon bij overtreding van de aanzegtermijn worden inkomensbestanddelen als een dertiende maand of bonus niet betrokken. Dit is anders bij de vaststelling van het maandloon bij de berekening van de transitievergoeding.
Transitievergoeding
Bij de vaststelling van het maandloon in het kader van de transitievergoeding wordt aangesloten bij bovenstaande berekeningswijze. Bovenop dit maandloon vallen een aantal emolumenten. De transitievergoeding kunt u als volgt berekenen:
De ministeriële regeling
In de ministeriële regeling wordt vastgesteld hoe de arbeidsduur berekend dient te worden in uitzonderlijke situaties (bijvoorbeeld ziekte, verlof en staking). Daarnaast worden de vaste en variabele looncomponenten gespecificeerd. Een looncomponent die niet in de regeling wordt genoemd, hoeft niet betrokken te worden bij de vaststelling van de vergoeding.
Vaste looncomponenten:
Variabele looncomponenten:
Deze componenten zijn in de ministeriële regeling opgenomen, omdat een dergelijke regeling gemakkelijk door de Minister van SZW aangepast kan worden. Zo kan de minister bepaalde looncomponenten toevoegen en verwijderen.
Oproepkracht weigert aanbod werkgever voor een vaste arbeidsomvang; oproepkracht kan ook in dat geval met succes nog steeds een beroep doen op het rechtsvermoeden van de arbeidsomvang. Verhouding art. 7:610b BW (rechtsvermoeden van arbeidsomvang) en art. 7:628a lid 5 BW (verplicht aanbod vaste arbeidsomvang bij oproepovereenkomst na periode van 12 maanden). Kan werknemer met terugwerkende kracht beroep doen op rechtsvermoeden art. 7:610b BW als hij aanbod op grond van art. 7:628a lid 5 BW mede t.a.v. die periode heeft afgewezen?
Lees verder