Recht op overwerkvergoeding tijdens arbeidsongeschiktheid?


Recent heeft het Hof te Den Bosch (28 oktober 2014, ECLI:NL:GHSHE:2014:4463) zich uitgesproken over deze vraag. Het antwoord van het Hof is bevestigend. Op basis van de wet heeft een werknemer recht op overwerkvergoeding tijdens arbeidsongeschiktheid. Op die situatie is art. 7:628 lid 3 BW van toepassing (art. 7:629 lid 8 BW). Indien het loon van de werknemer niet naar een tijdruimte is vastgesteld, dan heeft de werknemer recht op het gemiddelde loon dat de werknemer had kunnen verdienen in die periode, ware hij niet arbeidsongeschikt geweest. De vraag is echter hoe dit berekend dient te worden. Meestal kijkt de rechter dan naar het gemiddelde dat de werknemer aan overwerkvergoeding uitgekeerd heeft gekregen tijdens een periode voor de arbeidsongeschiktheid (zoals in: Ktr. Rotterdam 18 juni 2010, ECLI:NL:RBROT:2010:BO5288).

In dit geval heeft de werkgever echter gemotiveerd gesteld en bewezen dat in de periode van arbeidsongeschiktheid het beleid binnen het bedrijf van werkgever gewijzigd is. Overuren dienen vanaf dat moment zoveel als mogelijk vermeden te worden. Ter vermijding van overuren zijn zelfs externe krachten (uitzendkrachten) ingeschakeld. Daarnaast werden overuren niet meer uitgekeerd en geldt er een tijd-voor-tijd-regeling. De werknemer zou dan in die periode van arbeidsongeschiktheid geen overwerkvergoeding ontvangen hebben ware hij niet arbeidsongeschikt geweest, zodat hij tijdens de periode van arbeidsongeschiktheid ook geen recht had op overwerkvergoeding.

De werknemer stelt dat in weerwil van het gewijzigde beleid zijn collega magazijnmedewerkers gedurende de periode van arbeidsongeschiktheid wel overuren hebben gedraaid en overwerkvergoeding hebben ontvangen. Het Hof oordeelt dat dan beoordeeld dient te worden of de collega magazijnmedewerkers naast de compensatie in tijd nog een overwerkvergoeding hebben ontvangen. Aangezien de werknemer dit stelt, dient de werknemer dit te bewijzen.

De conclusie van het Hof is dus dat om te beoordelen of een werknemer recht heeft op een overwerkvergoeding tijdens een periode van arbeidsongeschiktheid, bekeken kan worden in hoeverre de collega’s een overwerkvergoeding hebben ontvangen. Voor werknemers is dat moeilijk te bewijzen, omdat een werknemer geen inzage heeft in de (loon)administratie van de werkgever.

Het Hof onderkent dit probleem en wijst de vordering op grond van art. 843a Rv toe. Dit artikel komt een partij in bewijsnood tegemoet. Een partij in een rechtsbetrekking (bijvoorbeeld een arbeidsovereenkomst) kan, indien hij daarbij een rechtmatig belang heeft, onder meer inzage vorderen in bescheiden die de andere partij onder zich heeft, zoals in casu een gedeelte van de (loon)administratie.

Dit betekent dat de werkgever inzage dient te verschaffen in de administratie en dus eigenlijk het bewijs tegen zichzelf levert. Aan de hand van de administratie kan de werknemer bewijzen dat hij recht heeft op overwerkvergoeding gedurende de arbeidsongeschiktheidsperiode, althans dat zijn collega’s gedurende die periode een overwerkvergoeding hebben ontvangen.

De conclusie is dat een werknemer recht kan hebben op overwerkvergoeding tijdens de arbeidsongeschiktheidsperiode en dat de werknemer ter ondersteuning van die vordering een beroep toekomt op de exhibitieplicht (art. 843a Rv).

Uitzendkracht en ziekte

Hoge Raad: uitzendovereenkomst eindigt niet zonder meer bij ziekte van de uitzendkracht

Lees verder